In een vorig blog is beschreven dat er grote verschillen bestaan tussen Europese landen wat betreft het uithuisplaatsen van kinderen. Nederland behoort tot de top 10 van landen in de wereld die veel kinderen onder de 18 jaar uithuisplaatsen. In alle ons omringende buurlanden zoals België, Duitsland en Groot Brittannië is dat aanzienlijk minder. Het uithuisplaatsen komt ook in Rusland en Polen veel voor. In Nederland worden drie keer meer kinderen uithuisgeplaatst dan in Wit-Rusland. De in het vorige blog gepresenteerde kaart van Europa maakt niet duidelijk waar dit aan ligt.

Dat geldt ook voor de kaart van EU-landen die een vrouwelijke regeringsleider kennen of hebben gekend. Ook wat dat betreft springt Nederland er ongunstig tussen uit vergeleken met onze directe buurlanden, dat is een overeenkomst.
Je zou verwachten dat vrouwelijke regeringsleiders over het algemeen meer bagage hebben op het gebied van opvoeden en onderwijs. En dat dit leidt tot minder uithuisplaatsingen. De gegevens bevestigen dat dit verband er is, maar het is zwak (de Pearson correlatie is 0,12) . Het is mogelijk om het verschil te maken. Maar het is niet gemakkelijk voor een vrouw om regeringsleider te zijn en soms duurt het kort, zoals onlangs de Zweedse premier Magdalena Andersson moest ervaren. Al op de dag van haar aantreden moest zij de premier-titel weer inleveren.
Op dit moment zijn in de EU niet veel vrouwelijke regeringsleiders actief. Toch is het mogelijk, getuige het zestienjarig bondskanselierschap van Angela Merkel. In elk geval heeft haar carrière opgeleverd dat in Duitsland het uithuisplaatsen van kinderen minder gewoon is dan in Nederland.
Hoe moeilijk het is voor een vrouw om regeringsleider te worden, zien we in de Nederlandse formatie. Wel is waar trok D66 bij de verkiezingen veel stemmen, waarbij D66 leidster Sigrid Kaag als de meest geloofwaardige kandidate voor een vrouwelijk premierschap uit de bus kwam. Maar er is veel geharrewar en de formatie duurt te lang. Het levert de hele formatie-ploeg weinig populariteit op.
De Verenigde Naties hebben een uitgebreid programma voor het terugdringen van uithuisplaatsingen. Het wordt door Unicef uitgevoerd in ontwikkelingslanden, het grootste deel van de wereld. Unicef houdt zich niet zozeer bezig met de uithuisplaatsingen in Europa, misschien wordt gedacht dat Westerse landen dat zélf kunnen realiseren.
Gedurende de formatie stond een perspectief voor jeugd en jongeren op de achtergrond. En op die achtergrond waren veel schermutselingen. Bij het opstellen van een begroting zagen Marriët Hamer en Kajsa Ollongren kans om maar liefst 1,6 miljard extra op te voeren voor omstreden jeugdzorg. Duidelijk werd dat beide dames in de eerste fase van de formatie grote fouten maakten. Maar zij zijn nog steeds voorzitter van de SER respectievelijk minister van binnenlandse zaken. Dat maakt het er voor oud-VN-diplomate Sigrid Kaag niet gemakkelijker op.
Covid19
Dat fouten worden gemaakt geldt ook voor beleid om corona terug te dringen. Dat beleid is in Nederland lang niet slecht, maar met de kennis uit ons omringende landen zouden versnellingen mogelijk zijn. Onderzoekers en regelaars in gemeenten, op scholen en in werksituaties zouden meer actief betrokken kunnen zijn bij het volgen van ontwikkelingen en bij het ontplooien van lokale initiatieven. Er is wetenschap over hoe dat met planning en beleid mogelijk is.
Terugdringen van uithuisplaatsingen van kinderen door bevorderen van lokale en regionale betrokkenheid werkt. Dat is te zien in ontwikkelingslanden. Unicef bewijst dat hun plan voor zorg voor kinderen in hun eigen familie werkt. Cijfers tonen dat aan. Hoe moeilijk het ook is in de armoedige situaties en het klimaat in ontwikkelingslanden, uithuisplaatsingen komen er minder vaak voor dan in Nederland.
Tenslotte
Het is bekend hoe Mark Rutte het ervan af brengt op gebied van gezondheidszorg. Bovendien, met alle respect, is Mark Rutte niet de vaderfiguur die zorg voor jeugd en jongeren voor op de tong heeft. Leiderschap dat vertrouwen wekt, begint in stad, streek en regio. Met haar ervaring als VN diplomate heeft Sigrid Kaag alles mee om burgemeesters tot verbeteringen te inspireren.
Geef een reactie